Sint Maarten - Landsverordening-Bescherming-Persoonsgegevens (English)

 

AFKONDIGINGSBLAD

VAN SINT MAARTEN


Jaargang 2010

1

GT no. 2                   Landsver orden ing bescherming

persoonsgegevens

•                                                                                HOOFDSTUK 1. ALGEMENE BEPAUNGEN

Art.Ik e ! 1

 

ln deze lands11erordenlng en de daarop berustende bepallngen wordt verstaan onder:

a.                persoonsgegeven: elk gege11en betreffende een ge,dentificeerde of identlficeerbare natuurllJkepersoon;

b.               verwerklng van persoonsgegevens: elke handellng or elk geheel van handelingen met  betrekkmg totpersoonsgegevens, waaronder in  1eder geval het venamelen, vastleggen, ordenen, bewaren,b1Jwerke,nW1Jz1gen, opvragen, raadplegen, gebru1ken, verstrekken door m,ddel van doorzendmg,verspreiding of enrge andere vorm van terbesch1kkingstelling, samenbrengen, met clkaa,r n verband brengen, alsmede het afschermen, uitwissen of

vemletigen van gegevens;

c.                

bestand: elk gestructureerd geheel van persoonsgegevens, ongeacht of dlt geheel van gegevens gecentraliseerd Is of verspre1d is op een functloneel of geografisch bepaalde wljze, dat volgens bepaalde criteria toegankelijk Is en betrekklng heeft op verschlllende personen;

d.               verantwoordelijke: de natuurlijke persoon, rechtspcrsoon of ieder ander die of het bestuursorgaan dat, alleen of lezamen met anderen, het doe! van en de mlddelenvoor de verwerklng van persoonsgegevens vaststelt;

e.               bewcrker: degene die ten behoeve van de verantwoordelijke persoonsgegevens verwerkt, zonderaan z11n rechtstreeks gezag tc ziJn onderworpen;

f.                  betrokkene: degene op w1e een persoonsgegevenbetrekking heeft;

g.               derde: leder, met ziJnde de betrokkene , de verantwoordelijke, de bewerker, of enig persoon dieonder rechtstreeks gezag van de verantwoordelijke of de bewerker gemacht1gd Is om persoonsgegevens te verwerken;

h.                  ontvanger: degene aan w,e de persoonsgegevens worden verstrekt;

I.         toestemm1ng van de betrokkene: elke vnje, speofieke en op mformatle berustende wllsult1ngwaarmee de betrokkene aanvaardt dat hem betreffende persoonsgegevens worden verwerkt;

J.         de Minister: de Minister van Justltle;

k.       verstrekken van persoonsgegc11ens: het bekend maken ofter beschlkkmg stellen vanpersoonsgegevens;

I.        verzamelen van persoonsgegeven:shet verkrijgen van persoonsgegeven;s


1 Deze w l91fte gesch.cot op grond van ad d1Uo neel artikelII van de Staa tsregehng.

  

m.       gerecht: het Gerecht In eerste aanleg van Smt Maarten;

n.        comm,ss,e: de Comm1ssie toezicht bescherming persoonsgegevens, bedoeld In artikel 42 van dezelandsverordemng.

o.       land: het land S1nt Maart en .

 

Artlkel 2

 

l.        Deze landsverordenlng is van toepasslng op de geheel of gedeeltelijk geautomatiseerde verwerklng van persoonsgegevens, alsmede de niet gcautomatlseerde verwerking van persoonsgegevens die m een bestand zijn opgenomen of die bestemd ziJn om daarin te worden opgenome.n.

2.     Deze landsverordening is niet van toepassmg op ven.verk1ngvan persoonsgegevens;

a.       

ten behoeve van actlvltelten met ultslultend persoonllJke of huishoudelijke doelelnden;

b.       door of ten behoeve van de inllchtlngen- en velligheldsdiensten, bedoeld In de landsverordemng op de lnllchtingen- en velligheidsdiensten;

c.        ten behoeve van de u,tvoenng van de politietaak, bedoeld m de art,kelen S en 11 van de Rijkswet politie van Cura o. vanSmt Maarten en van Bona1re, Sint Eustabus en Saba;

d.        ten behoeve van de u,tvoerlng van de la ndsverordening basisadmlnlstratiepersoonsgegevens;

e.        ten behoeve van de ultvoering van de Landsverordenlng op de

JUstibele documentatle en op de verklarlngen omtrent het gedrag en

r.         ten behoeve van de u1tvoenng van de Kiesver-ordenmg .

3.     Deze landsverordening ls niet van toepassing op verwerkmg van persoonsgegevens door de krijgsmacht lnclJen de M inister van

Oefensle daartoe beslist met het oog op de lnzet of het ter beschikking stellen van de krijgsmacht ter handhaving of bevordenng van de intematlonale rechtsorde.

 

Artikel 3

 

1.       

Deze landsverordening is nlet van toepassing op de verwerklng van persoonsgegevens voor u1tslu1tend JOumalisti eke , artistleke of htera,re doeleinden, behoudens de overigebepallngen

van dlt hoofdstuk, alsmede de artikelen 6 tot en met 11, 13 tot en

met 15, en 39.

2.  Het verbod om persoonsgegevens als bedoeld In artlkel 16 te verwerken Is nlet van toepassing voor zover dlt noodzakeliJk is voor

de doele,nden als bedoeld In het eerste lid.

 

Artikel 4

 

1.       Deze landsverordening is van toepasslng op de verwerking van persoonsgegevens in het kader van act,viteiten van een vestiging van een verantwoordelijke in het land.

2.       Dezc landsverordening is van toepassing op de verwerklng van persoonsgegevens door of ten behoeve van een verantwoordelijke

die geen vestiging heeft in het land, waarbij gebrulk wordt gernaakt van al dan niet geautomatlseerde m1ddelen die zlch ,n het land bevinden, ten21j deze middelen slechls worden gebru,kt voor de doorvoervan persoonsgegevens.

3.       Het Is een verantwoordelljke als bedoeld in het tweede hd, verboden

persoonsgegevens te verwerke,n   tenZJj hij  in  hct  land een persoon of

instantle aanwijst die namens hem handelt overeenkomstig de bepallngen van deze landsverorden1ng.Voor de toepassing van deze landsverordenlng en de daarop berustende bepalingen, wordt hij aangemerkt als de verantwoordelijke.

 

Artikel 5

 

L.        lndten de betrokkene mlnder]arlg is en de leeftiJd van zestien Jaren nag niet heeft berelkt, of onder curatele is gesteld, dan wel ten behoeve van de betrokkene een mentorschap is lngesteld, is in deplaats van de toestemmlng van de betrokkene die van ZJjn wettelljk vertegenwoordlger verelsl.

2.               Een toestemming kan door de betrokkene of zljn wettellJk vertegenwoordiger te allen tijde warden ingetrokken.

 

HOOFDSTUK 2. VOORWAARDEN VOOR DE RECHTMATIGHE1D VAN DE VERWERKlNG VANPERSOONSGEGEVENS

 

Paragraaf 1.De verwerklng van persoonsgegevens In het algemeen

 

Artikel 6

 

Persoonsgegevens warden ,n overeenstemmmg met de lands11erordemn9 en op behoorhjke en zorg11uld1ge w1jze verwerkt.

 

Artl ke l 7

 

Persoonsgegevens warden voor welbepaalde, ultdrukkelljk omschreven en gerechtvaardlgde doeleinden verzameld.

 

Artlkel 8

 

Persoonsgegevens mogen slechts warden verwerkt lndlen:

a.       de betrokkene voor de 11erwerkm9 z1Jn ondubbelzinmge toest:emmmg heeft ver1eend;

b.       de gegevensverwer1<1n9 noodzakehJk is voor de u1tvoenng van een overeenkomst waarbiJ de betrokkene partij Is, of voor het nemen van precontractuele maatregelen naar aanleiding van eenverzoek van de betrokkene die noodzakelijk zlJn voor het sluiten van een overeenkomst;

c.        de gegevensverwerklng noodzakeli)k is om een wetteliJke 11erphchtm9 na te komen waaraan deverantwoordelijke onderworpen is;

d.       

de gegevensverwerking noodzakelijk 1s ter vraJwarang van een111taal belang van de betrokkene;

e.        de gegevensverwerking noodzakelijk is voor de goede vervulling van een publlekrechtelljke taak door het desbetreffende bestuursorgaan dan wel het bestuursorgaan waaraan de gegevens wardenverstrekt, of

f.         de gegevensverwerking noOdzakelljk ls voor de behart1glng van het gerechtvaardlgde belang van deverantwoordehjke of van een derde aan w,e de gegevens warden verstrekt, tenzJj het

belang of de fundamentele rechten en vn1heden van de betrokkene, in het b•Jzonder het recht op bescherming van de persoonhJke levenssfeer, prevaleert.

 

Artlkel 9

 

Persoonsgegevens warden nlet verder verwerkt op een w1jze die onverenigbaar is met de doeleinden waarvoor ze z11n verkregen .

2.       Blj de beoordeling of een verwerklng onverenlgbaar ls als bedoeld m het eerste lid, houdt de verantwoordelijke In elk geval rekening met:

a.        de verwantschap tussen het doel van de beoogde verwerking en hel doel waarvoor degegevens zljn verkregen;

b.        de aard van de desbetreffende gegevens;

c.        de gevolgen van de beoogde verwerklng voor de betrokkene; d•             de wiJze waarop degegevens zijn verkregen en

e.     de mate waarln jegens de betrokkene wordt voorzien In

passende waarborgen.

3.   verdere verwerking van de gegevens voor h1stonsche, stat:isbsche of wetenschappeliJke doelemden, wordt niet alsonverenigbaar

 

 

 

 

 

 

 

 

beschouwd, indien de verantwoordelijke de nodige voorzieningen heeft getroffen ten einde te verzekeren dat de verdere verwerking uitsluitend geschiedt ten behoeve van deze specifleke doeleinden.

4, De verwerklng van persoonsgegevens blijft achterwege  voor zover een geheimhoudingsplicht ult hoofde van ambt, beroep of wettelijk voorschrift daaraan in de weg staat.

 

Art lkel 10

 

1.        Persoonsgegevens worden niet !anger bewaard in een vorm die het mogelijk maakt de betrokkenete identiflceren, dan noodzakelijk is voor de verwerkelijking van de doeleinden waarvoor zij worden verzameld of vervolgens worden verwerkt.

2.  

Persoonsgegevens mogen langer worden bewaard dan bepaald In het eerste lid voor zover ze voor historische, statlst1sche of

wetenschappelijke doeleinden worden bewaard, en de verantwoordelijke de nodige voorzieningen heeft getroffen ten einde te verzekeren dat de desbetreffende gegevens uitslultend voor deze speclfleke doeleinden worden gebrulkt.

 

Artikel 11

 

L        Persoonsgegevens worden slechts verwerkt voor zover zij, gelet op de doelelnden waarvoor zij warden verzameld of vervolgens worden verwerkt, toereikend, ter zake dlenend en nietbovenmatig zijn.

2.       De verantwoordeliJke treft de nodige maatregelen opdat persoonsgegevens, gelet op de doelelnden waarvoor zlj worden verzameld of vervolgens worden verwerkt, juist en nauwkeurig zij n.

 

Artlkel 12

 

1.       Een ieder die handelt onder het gezag van de verantwoordelijke of van de bewerker, alsmede debewerker zelf, voor zover deze toegang hebben tot persoonsgegevens, verwerkt deze slechts Inopdracht van de verantwoordelijke, behoudens afwij kende wettelijke verpllchtlngen.

2.       De personen, bedoeld In het eerste lid, voor wie niet reeds uit hoofde van ambt, beroep of wettelijkvoorschrift een gehe1mhouding                                                                                             spHcht

geldt, zijn verpllcht tot geheimhouding van de persoonsgegevens waarvan zij kennis nemen, behoudens voor zover  enigwettelijk                                                                                                                             • voorschrift hen tot mededeling verpllcht of uit hun taak de noodzaak

tot mededellng voortvloelt. Artlkel 285 van het Wetboek van Strafrecht Is niet van toepassing.

 

Artikel 13

 

De verantwoordelijke legt passende technische en organisatorische maatregelen ten ultvoer ompersoonsgegevens te bevelllgen tegen verlles of tegen enige vorm van onrechtmatige verwerking. Deze maatregelen garanderen, rekening houdend met de stand van de techniek en de kosten van de tenuitvoerlegglng, een passend beveiliglngsniveau, gelet op de risico's die de verwerking en de aard van te beschermen gegevens met zich meebrengen. De maatregelen zijn er mede op gericht onnodlge verzameling en verdere verwerking van persoonsgegevens te voorkomen.

 

Artlkel 14

 

1.       lndlen de verantwoordelijke persoonsgegevens te zijnen behoeve laat verwerken door een bewerker, draagt hij zorg dat deze voldoende waarborgen biedt ten aanzlen van de technische en organisatorische beveiligingsmaatregelen met betrekklng tot de te verrichten verwerkingen. De verantwoordelijke ziet toe op de nateving van die maatregelen.

 

2.       De uitvoering van verwerkingen door een bewerker wordt geregeld in een overeenkomst of krachtens een andere rechtshandeling waardoor een verblntenls ontstaat tussen de bewerker en de verantwoordelijke.

3.       De verantwoordelijke draagt zorg dat de bewerker

a.        de persoonsgegevens verwerkt in overeenstemming met artikel

12, eerste lid en

b.        de verplichtingen nakomt die op de verantwoordelijke rusten ingevolge artikel 13.

4.        Is de bewerker niet gevestlgd In het land, dan draagt de verantwoordefijke zorg dat debewerker het recht van dat andere land nakomt, In afwijking van het derde lid, onder b.

5.       

Met het oog op het bewaren van het  bewljs warden de onderdelen van de overeenkomst of de rechtshandeling die betrekking hebben op de bescherming van persoonsgegevens, alsmede de beveillgingsmaatregelen, bedoeld in artikel 13 schriftelijk of in een andere, gelijkwaardige vorm vastgelegd.

 

Artlkel 15

 

De verantwoordefijke draagt zorg voor de nalevtng van de verplichtingen, bedoeld in de artikelen 6 toten met 12 en 14, tweede en vijfde lid van dit hoofdstuk.

 

Paragraaf 2.0 e verwerking van bljzondere persoonsgegevens Artikel 16

De verwerking van persoonsgegevens betreffende iemands godsdienst of levensovertuiging, ras, politleke gezindheid, gezondheid, seksuele !even, alsmede persoonsgegevens betreffende het lidmaatschap van een vakvereniging is verboden behoudens het bepaalde in deze paragraaf.

Hetzelfde geldt voor strafrechtefijke persoonsgegevens en persoonsgegevens over onrechtmatlg of hinderlljk gedrag in verband met een opgelegd verbod naar aanleidlng van dat gedrag.

 

Artikel 17

 

1.    Het verbod om persoonsgegevens betreffende iemands godsdienst of levensovertuiging te verwerken, bedoeld In artlkel 16, is niet van toepassing indien de verwerking geschiedt door:

a.     kerkgenootschappen, zelfstandige onderdelen daarvan of andere genootschappen op geestelljke grondslag voor zover het gaat om gegevens van daartoe behorende personen;

b.    instellingen op godsdienstige of levensbeschouwefijke grondslag, voor zover dit gelet op het doel van de instelling en voor de verwezenlijking van haar grondslag noodzakefijk Is, of

c.     andere instellingen voor zover dlt noodzakefijk is met het oog op de geestelij ke verzorglng van de betrokkene, tenzij deze daartegen schrlftelljk bezwaar heeft gemaakt.

2.   ln de gevallen, bedoeld in het eerste lid, onder a, Is het verbod tevens

niet van toepassing op persoonsgegevens betreffende godsdienst of levensovertuiging van de gezinsleden van de betrokkene voor zover:

a.    het desbetreffende genootschap met die gezinsleden ult hoofde van haar doelstelling regelmatige contacten onderhoudt en

b.    die gezinsleden daartegen geen schriftelljk bezwaar hebben gemaakt.

3.    In de gevallen, bedoeld in het eerste en tweede lid warden geen

persoonsgegevens aan derden verstrekt zonder toestemming van de betrokkene.

 

Artlkel 18

Het verbod om persoonsgegevensbetreffende lemands ras te verwerken, bedoeld in artikel 16, is nietvan toepassing indlen de verwerking geschiedt:

a.    met het oog op de identlficatie van de betrokkene en slechts voor zover dit voor dit doel onvermijdelijk is;

b.    met het doel personen van een  bepaalde  etnlsche of  culturele m1nderh eidsg r oep een bevoorrechte positie toe te kennen ten einde

feltelljke nadelen verband houdende met de grond ras op te heffen of te verminderen en slechtsindlen:

1°. dit voor dat doeI noodzakelijk is;

2°. de gegevens slechts betrekking hebben op het  geboorteland van de betrokkene, van diens ouders of grootouders, dan wel op andere, bij landsverordening vastgestelde criteria, op grond waarvan op objectieve wijze vastgesteld kan worden of iemand tot een minderheidsgroep als bedoeld In de aanhef van onderdeel b behoort, en

3°. de betrokkene daartegen geen schriftelijk bezwaar heeft gemaakt.

 

Artikel 19

 

l.     Het verbod om persoonsgegevens betreffende iemands politieke gezindhe1d te verwerken, bedoeld in artikel 16, is nfet van toepassing indien de verwerking geschiedt:

a.    door instefllngen op polltieke grondslag betreffende hun leden of hun werknemers dan wel andere tot de instelling behorende personen, voor zover dit gelet op het doel van de instelllng noodzakelijk Is voor de verwezenlijking van haar grondslag, of

b.    met het oog op de eisen die met betrekklng tot politieke gezindheid in redelijkheid kunnen worden gesteld in verband met de vervulling van Functles In bestuursorganen enadviescolleges.

2. In het geval, bedoeld In het eerste lid, onder a, worden geen persoonsgegevens aan derden verstrekt zonder toestemming van de betrokkene.

 

Artikel 20

 

1.  

Het verbod om persoonsgegevens betreffende iemands lidmaatschap van een vakbond te verwerken, bedoeld in artikel 16, is niet van toepassing indien de verwerking geschiedt door de desbetreffende vakbond of de vakcentrale waarvan die bond een onderdeel vormt, voor zover dat gelet op de doelstelllng van de vakbond of centrale noodzakelljk is.

2.    In het geval, bedoeld in het eerste lid worden geen persoonsgegevens aan derden verstrekt zonder toestemmlng van de betrokkene.

 

Artikel 21

 

1.    Het verbod om persoonsgegevens betreffende iemands gezondheid te verwerken, bedoeld In artikel 16, Is nlet van toepassing indien de verwerking geschiedt door:

a.    hulpverleners, lnstellingen of voorzieningen voor gezondheldszorg of maatschappelijke dlenstverlening voor zover dat met het oog op een goede behandeling of verzorging van de betrokkene, dan wel het beheer van de betreffende instetling of beroepspraktljk noodzakelijkIs;

b.    verzekeraars als bedoeld In artikel l van de Landsverordenlng toezicht verzekeringsbedrijf, en financiele dienstverleners die bemiddelen In verzekeringen als bedoeld in dielandsverordening, voor zover dat noodzakelijk Is voor:

1°. de beoordellng van het door de verzekeraar te verzekeren

risico en de betrokkene geen bezwaar heeft gemaakt; of

2°. de ultvoering van de overeenkomst van verzekering;

 

 

 

 

c.     scholen voor zover dat met het oog op de speclale begeleiding van leerlingen of het treffen van bijzondere voorzieningen In verband met hun gezondheidstoestand noodzakelljk is;

d.    een reclasseringsinstelling, een bijzondere reclasseringsambtenaar, en de voogdijraad, de gezinsvoogd, of een rechtspersoon als bedoeld In artikel 302, eerste lid, van het Burgerlijk Wetboek voor zover dat noodzakelljk is voor de uitvoering van de hun wettelijk opgedragen

taken

e.    De Minister voor zover dat in verband met de tenuitvoerlegglng van vrijheidsstraffen of vrijheidsbenemende  maatregelen  noodzakelijk is of

f.     

bestuursorganen, pens1oenfondsen, werkgevers of instellingen die te hunnen behoeve werkzaam zijn voor zover dat noodzakelijk is voor:

1°. een goede ultvoering van wettelljke voorschriften,

pensloenregelingen of collectieve arbeidsovereenkomstendie voorzien in aanspraken die afhankelijk zi jn van de gezondheidstoestand van de betrokkene of

2°. de reintegratie of begeleiding van werknemers of uitkeringsgerechtigden in verband met ziekte of arbeidsongeschiktheld.

2.    In de gevallen, bedoeld in het eerste lid worden de gegevens alleen verwerkt door personen die ult hoofde van ambt, beroep of wettelijk voorschrift, dan wet krachtens een overeenkomst tot geheimhouding zijn verplicht.  lndien de verantwoordelijke gegevens  persoonlijk verwerkt en op hem niet reeds ult hoofde van ambt, beroep of wettelljk voorschrift een geheimhoudlngsplicht rust, Is hij verplicht tot geheimhouding van de gegevens, behoudens voor 2-over de landsverordening hem tot mededeling verpllcht of ult zljn taak de noodzaak voortvloeit dat de gegevens worden meegedeeld aan anderen die krachtens het eerste lid bevoegd zijn tot verwerking daarvan.

3.    Het verbod om andere persoonsgegevens als bedoeld in artikel 16 te

verwerken, is niet van toepassing voor zover dit noodzakelijk Is In aanvulling op de ver werking van persoonsgegevens betreffende iemands gezondheid als bedoeld In het eerste lid, onder a, met het oog op een goede behandeting of verzorging van de betrokkene.

4.    Persoonsgegevens betreffende erfelijke eigenschappen mogen slechts warden verwerkt voor zover deze verwerking plaatsvindt met betrekking tot de betrokkene bij wle de desbetreffende gegevens zi jn verkregen, tenzij :

a.     een 2-waarwegend geneeskundig belang prevaleert of

b.    de verwerking noodzakelijk is ten behoeve van wetenschappelljk onderzoek of statlstiek . In het geval, bedoeld ender b, is artikel 23, eerste lid, ender a, en tweede lid, van overeenkomstigetoepassing.

S. Blj landsbeslult, houdende algemene maatregelen, kunnen omtrent de

toepassing van het eerste lid, ender b en f, nadere regels warden gesteld.

 

Artikel 22

 

1.    Het verbod om strafrechtelijke persoonsgegevens te verwerken, bedoeld In artikel 16, is niet vantoepasslng lndien de verwerking geschiedt door organen die krachtens landsverordening zijnbelast met de toepassing van het strafrecht, alsmede door verantwoordelijken die deze hebben verkregen bij of krachtens de Rijkswet politie van Curac;ao, van Slnt Maarten en van Bonaire, SintEustatius en Saba of de Landsverordening op de Justitiele documentatle en de , verklaringen omtrent het gedrag.

2.   Het verbod is nlet van toepassing op de verantwoordelijke die deze gegevens ten eigen behoeveverwerkt ter :

a.        beoordeling van een verzoek van betrokkene om een beslissing over hem te nemen of aan hem een prestatie te leveren of

AB 2010. GT no. 2                                                                                                                                                                     7

 

b.        bescherming van zijn belangen voor zover het gaat om strafbare feiten die zijn of op grond van feiten en omstandlgheden naar verwachting zullen worden gepleegd jegens hem of jegens personen die in zijn dienst zijn.

3.    Het verbod om andere persoonsgegevens als bedoeld in artikel 16, te

verwerken, Is niet van toepasslng voor zover dlt noodzakelijk is In aanvulling op de verwerklng vanstrafrechtelijke gegevens voor de doeleinden waarvoor deze gegevens worden verwerkt.

4.    Het tweede en derde lid is van overeenkomstlge toepassing op persoonsgegevens betreffende een door de rechter opgelegd verbod naar aanleiding van onrechtmatig of hinderlij k gedrag.

 

Art lke l 23

 

1.       

Onverminderd de artikelen 17 tot en met 22 Is het verbod om persoonsgegevens als bedoeld in artlkel 16, te verwerken niet van toepassing voor zover:

a.    dit geschledt met uitdrukkelijke toestemming van de betrokkene;

b.    de gegevens door de betrokkene duidelljk openbaar zijn gemaakt;

c.    dit noodzakelljk is voor de vaststelllng, de ultoefening of de verdediging van een recht inrechte;

d.    dit noodzakelijk is ter voldoening aan een volkenrechtelijke verplichting of

e.    dlt noodzakelijk Is met het oog op een zwaarwegend algemeen belang, passende waarborgen worden geboden ter bescherming van de persoonlijke levenssfeer en dit bij landsverordening wordt bepaald dan we! de commissie onthefflng hee verleend. De commissie kan bij de

verlening van ontheffing beperkingen en voorschrl en opleggen.

2.        Het verbod om persoonsgegevens als bedoeld in artikel 16, te verwerken ten behoeve van wetenschappelljk onderzoek of stat lstiek is niet vantoepassing voor zover:

a.    het onderzoek een algemeen belang dlent,

b.    de verwerking voor het desbetreffende onderzoek of de

desbetreffende statistiek noodzakelijk is,

c.   

het vragen van ultdrukkelijke toestemmlng onmogelijk blijkt of een onevenredlge inspannlng kost en

d.   bij de uitvoering Is voorzien in zodanige waarborgen dat de persoonlijke levenssfeer van debetrokkene nlet onevenredlg wordt geschaad.

 

Artik el 24

 

1.    Een nummer dat ter identlficatie van een persoon bij landsverordening Is voorgeschreven, wordt bij de verwerking van persoonsgegevens slechts gebruikt ter uitvoering van de desbetreffendelandsverordening dan wel voor doelelnden blj de landsverordenlng bepaald.

2.    Bij landsbeslult, houdende algemene maatregelen, kunnen andere dan

In het eerste lid bedoelde gevallen worden aangewezen waarin een daarbij aan te wijzen nummer als bedoeld in het eerste lid, kanworden gebruikt. Daarbij kunnen nadere regels worden gegeven over het gebruik van een zodanig nummer .

 

HOOFDSTUK 3, I NFO RMATI EVERSTREKKI NG AAN DE BETROKKENE

 

Artlkel 25

 

1.    Indlen persoonsgegevens worden verkregen blj de betr okkene, deelt de verantwoordelijke v66r het moment van de verkrijging de betrokkene de informatie mede, bedoeld in het tweede en derde hd,tenzlj de betrokkene daarvan reeds op de hoogte is.

2.    De verantwoordelijke deelt de betrokkene zijn identiteit en de doeleinden van de verwerklngwaarvoor de gegevens zijn bestemd, mede.

 

3.    De verantwoordelijke verstrekt nadere informatie voor zover dat gelet op de aard van de gegevens,de omstandigheden waaronder zij worden verkregen of het gebruik dat ervan wordt gemaakt, nodig is om tegenover de betrokkene een behoorlijke en zorgvuldige verwerking te waarborgen.

 

Art lk el 26

1.    Indien persoonsgegevens worden verkregen op een andere wijze dan bedoeld In artlkel 25, deelt de verantwoordelijke de betrokkene de informatie mede, bedoeld in het tweede en derde lid, tenz1jdeze reeds daarvan op de hoogte Is:

a.    op het moment van vastlegging van hem betreffende gegevens, of

b.    wanneer de gegevens bestemd zijn om te worden verstrekt aan een derde, ulterlijk op hetmoment van de eerste verstrekklng.

2.   

De verantwoordelijke deelt de betrokkene z1Jn lde ntiteit en de

doeleinden van de verwerking mede.

3.    De verantwoordelij ke verstrekt nadere informatie voor zover dat gelet op de aard van de gegevens, de omstandlgheden waaronder zij worden verkregen of het gebruik dat ervan wordt gemaakt, nodig is om tegenover de betrokkene een behoorlijke en zorgvuldige verwerking tewaarborgen.

4.    Het eerste lid is niet van toepassing indlen mededeling van de informatie aan de betrokkeneonmogelijk blijkt of eenonevenredige inspanning kost. In dat geval legt de verantwoordelijke deherkomst van de gegevens vast.

5.    Het eerste lid is evenmin van toepassing indien de vastlegging of de verstrekking blj of krachtenslandsverordenlng is voorgeschreven. In dat geval dient de verantwoordelijke de betrokkene opdiens verzoek te informeren over het wettelijk voorschrift dat tot de vastlegging

of verstrekking van de hem betreffende gegevens heeft geleld.

 

HOOFOSTUK4 . RECHTEN VAN DE BETROKKENE

 

Ar"ti. kel 27

 

1.        

De betrokkene heeft het recht zich vrijelljk en met redelijke tussenpozen tot de verantwoordelijke te wenden met het verzoek hem mede te delen of hem betreffende persoonsgegevensworden verwerkt. De verantwoordelljke deelt de betrokkene schrift:elijk blnnen vier weken mee of hem betreffende persoonsgegevens worden verwerkt.

2.        Indlen zodanige gegevens worden verwerkt, bevat de mededellng een volledig  overzicht daarvan in  begrijpelijke vorm, een omschrijving van

het doel of de doeleinden van de verwerking, de categorleen van gegevens waarop de verwerking betrekking heeft en de ontvangers of categorleen van ontvangers, alsmede de beschikbare informa tie over de herkomst van de gegevens.

3.         Voordat een verantwoordelijke een mededeling doet als bedoeld in het

eerste lid, waartegen een derde naar verwachtlng bedenkingen zal hebben, stelt hij die derde in de gelegenheid zijn zienswijzenaar voren te brengen lndien de mededeling gegevens bevat die hem betreffen, tenzij dit onmogelijk blijkt of eenonevenredige inspanning kost.

4.          Desgevraagd doet de verantwoordelijke mededellngen omtrent de logica die ten grondslag ligt aan de geautomatiseerde verwerking van hem betreffende gegevens.

 

Art lk el 28

 

1.    Degene aan wie overeenkomstlg artikel 26 kennis is gegeven van hem betreffende persoonsgegevens, kan de verantwoordelijke verzoeken deze te verbeteren, aan te vullen, te verwijderen, of af te schermen lndien deze feitelijk onjuist zijn, voor het doel of de doeleinden vande verwerking onvolledig of niet ter zake dienend zljn dan wel anderszins in strijd meteenwettelljk voorschrift worden verwerkt. Het verzoek bevat de aan te brengen wljzigingen.

AB 2010, GT no. 2                                                                                                                                                                     9

2.    De verantwoordelijke bericht de verzoeker binnen vier weken na ontvangst van het verzoekschriftelijk of dan wel in hoeverre hij daaraan voldoet. Een weigering Is met redenen omkleed.

3.    De verantwoordelijke draagt zorg dat een beslissing tot verbetering, aanvulling, verw1jdering of afscherming zo spoedig mogelijk wordt

uitgevoerd.

4.    lndien de persoonsgegevens zijn vastgelegd op een gegevensdrager waarln geen wijzigingen kunnen worden aangebracht, dan treft hlj de voorzieningen die nodig zijn om de gebruiker van de gegevens te informeren over de onmogelijkheid van verbetering, aanvulling, verwljdering of afscherming ondanks het f'eit dat er grand Is voor aanpassing van de gegevens op grond van dltartikel.

5.   

Het eerste tot en met vierde lid is niet van toepassing op bij de landsverordening ingestelde openbare registers, indien in die landsverordening een bijzondere procedure voor de verbetering, aanvulling, verwijdering of afschermlng van gegevens Is opgenomen.

 

Artlkel 29

 

L. lndien een gewichtlg belang van de verzoeker dlt eist, voldoet de verantwoordelijke aan eenverzoek als bedoeld in de artikelen 27 en 28, In een andere dan schriftelijke vorm, die aan dat belang is aangepast.

2.    De verantwoordelijke draagt zorg voor een deugdel ke vaststelling van

de identiteit van de verzoeker.

3.    De verzoeken, bedoeld in de artlkelen 27 en 28, worden ten aanzien van minderjarlgen die de leeftijd van zestien jaren nog niet hebben bereikt, en ten aanzien van onder curatele gestelden gedaandoor hun wettelijke vertegenwoordigers. De betrokken mededellng geschiedt eveneens aan de wettelijke vertegenwoordlgers.

 

Artlkel 30

 

1.   

De verantwoordelljke die naar aanleiding van een verzoek op grand van artikel 28 persoonsgegevens heeft verbeterd, aangevuld, verwijderd of afgeschermd, is verpllcht om aanderden aan wie de gegevens daaraan voorafgaand zijn verstrekt, zo spoedig mogelijk kennis te geven van de verbetering, aanvulling, verwijdering of afscherming, tenzlj dit onmogelijk blijkt of eenonevenredige inspannlng kost.

2.    De verantwoordelijke doet aan de verzoeker, bedoeld in artikel 28,

desgevraagd opgave van degenen aan wie hij de mededeling heeft gedaan.

 

Artlkel 31

 

1.    De verantwoordelijke kan voor een bericht als bedoeld In arti kel 27 een bij of krachtens landsbesluit,houdende algemene maatregelen, vast te stellen vergoedlng van kosten verlangen die ten hoogste Naf 10,­ bedraagt.

2.    De vergoeding wordt teruggegeven in geval de verantwoordelijke op verzoek van de betrokkene, op bevel van de rechter tot verbetering, aanvulllng, verwijdering of afscherming Isovergegaan.

 

Artikel 32

 

1.    Indien gegevens het voorwerp zljn van verwerking op grond van artikel 8, onder e en f, kan debetrokkene daartegen bij de verantwoordelij ke te alien tijde verzet aantekenen in verband met zijn bijzondere persoonlljke omstandigheden.

2.   De verantwoordelijke beoordeelt blnnen vier weken na ontvangst van

het verzet of het verzet gerechtvaardlgd Is. lndien het verzet gerechtvaardlgd is beeindigt hij terstond de verwerking.

 

3.    De verantwoordelijke kan voor het in behandeling nemen van een verzet een vergoedlng vankosten verlangen, die niet hoger mag zijn dan een bij of krachtens landsbesluit, houdende algemene maatregelen, vast te stellen bedrag. De vergoedlng wordt teruggegeven in geval hetverzet gegrond wordt bevonden.

4.    D1t artikel is niet van toepassing op openbare registers die bij de landsverordening zijnlngesteld.

 

Art.Ike! 33

 

1.    

Indien gegevens warden verwerkt In verband met de totstandbrenging of de lnstandhouding van een directe relatle tussen de verantwoordellJke of een derde en de betrokkene met het oog op werving voor commerciele of charitatieve doelen, kan de betrokkene daartegen bij de verantwoordelijke te allen tljde kosteloos verzet aantekenen.

2.    I n geval van venet treft de verantwoordelijke de maatregelen om deze vorm van verwerking terstond te beeindlgen.

3.     De verantwoordelijke die voornemens is persoonsgegevens aan derden te verstrekken of voor rekenlng  van derden te  gebruiken voor het in het eerste lid bedoelde doel, neemt passende maatrege len om de

betrokkenen de mogelijkheden bekend te maken tot het doen van verzet. De bekendmaking vlndt plaats via een of meer dag-, nleuws-, of huis-aanhuisbladen of op een andere geschlkte wijze. Bij regelmatlge verstrekklng aan derden of gebruik voor rekening van derden vindt de bekendmaking ten minste eens per jaar plaats.

4.    De verantwoordelijke die persoonsgegevens verwerkt voor het In het eerste lid bedoelde doel,draagt zorg dat, indien daartoe rechtstreeks een boodschap aan de betrokkene wordt toegezonden,dez:e daarblj telkens wordt gewezen op de mogelijkheld tot het doen van verzet.

 

Artlkel 34

 

l. Nlemand kan warden onderworpen aan cen beslult waaraan voor hem rechtsgevolgen zijn verbonden of dat hem in aanmerkelijke mate treft, indien dat besluit alleen wordt genomen op grond van een geautomatiseerde ver werklng van persoonsgegevens bestemd om een beeld te krijgen van bepaalde aspecten van zijn persoonJlikheid.

2.    Het eerste lid is niet van toepassing,indlen het daar bedoelde besluit :

a.        wordt genomen in het kader van het sluiten of ultvoeren van een

overeenkomst en

1°. aan het verzoek van de betrokkene Is voldaan of

2°. passende maatregelen zijn genomen ter bescherming van zijn gerechtvaardigd belang, of

b.         zijn grondslag vindt in een landsverordening waarin maatregelen zijn vastgelegd die strekken tot bescherming van het gerechtvaardigde belang van de betrokkene.

3.     Een passende maatregel als bedoeld in het tweede lid, onder a, is

getroffen indien de betrokkene In de gelegenheid Is gesteld omtrent het beslult als bedoeld in het eerste lid, z.ijn zienswijz:e naar voren te brengen.

4.    In het geval, bedoeld in het tweede lid, deelt de verantwoordeliJke de

betrokkene de logica mee die ten grondslag llgt aan de geautomatlseerde verwerking van hem betreffende gegevens.

 

HOOFDSTUK S. UITZONDERINGEN EN BEPERKINGEN

 

Artikel 35

 

De verantwoordelijke kan de artikelen 9, eerste lid, 25, 26 en 27 buiten toepassing laten voor zover dit noodzakelljk is in het belang van:

a.         de velligheld van het land of de staat;

b.         de voorkoming, opsporing en vervolging van strafbare feiten;

AB 2010. GT no 2                                                                                                                                                                  11

 

 

c.         gewichtlge economische en financil!le belangen van het land of de staat;

d.        het toez,cht op de naleving van wettelljke voorschnften die zlJn gesteld ten behoeve van de belangen,bedoeld onder b en c, of

e.        de beschermlng van de betrokkene of van de rechten en vnJheden van anderen.

 

Artikel 36

 

l. lndien een verwerking plaatsvrndt door instellingen of dlensten voor wetenschappelljk onderzoek of statlstiek,en de nodlge voorzlenlngen zljn getroffen om te verzekeren dat de persoonsgegevens u1tsl u1tend voor statlstische en wetenschappeliJke doeleinden kunnen warden gebruikt, kan de verant woordelijke een mededellng als bedoeld In artikel 26 achterwege laten en weigeren aan een verzoek als bedoeld in art lkel 27 te voldoen.

2. Indien een verwerklng plaatsvlndt van persoonsgegevens die deel uitmaken van archlefbescheiden die ingevolge de artikelen 12 of 13                                                                                                                                                 • van deArchleflandsverordenlng zljn overgebracht naar een arch1efbewaarplaats, kan de verantwoordelljke een mededeling als bedoeld in artikel 26 achterwege laten.

HOOFDSTUK  6. RECHTSBESCHERMING

 

Artikel 37

 

Een beslissing op een verzoek als bedoeld In de artikelen 27, 28 en 30, tweede lid, atsmede beslissing naaraanle,dlng van de aantekenmg van verzet als bedoeld in de artikelen 32 en 33 gelden, voor zover deze zijn genomen door een bestuursorgaan, als een beschikkmg als

bedoeld in artJkel 3 van de Landsverordenlng administratieve rechtspraak.

 

Artlkel 38

 

l. Indien een besllsslng als bedoeld in artlkel 37 is genomen door een ander dan een bestuursorgaan, kan de belanghebbende zlch tot het Gerecht In eerste aanleg van Slnt Maarten wenden met het schnftelijk verzoek, de verantwoordelijke te bevelen alsnog een verzoek als bedoeld In de artlkelen 27, 28 of 30, tweede lid, toeof af te wijzen dan wet een verzel als bedoeld in de artJkelen 32 of 31 al dan niet te honoreren.

2.    Het verzoekschnft moet warden mged1end blnnen zes weken na ontvangst van het antwoord van de verantwoordelijke. lndlen de verantwoordeliJkeniet binnen de gestelde termlJn heeft geantwoord, moet het verzoeksdmft worden ,ngediend binnen zes weken na afloop van die termljn.

3.    Het gerecht w1Jst het verzoek toe, voor zover het dit gegrond oordeelt. Alvorens het gerecht beslist, stelt het zo nodig de belanghebbenden in de gelegenheid hun zienswijze naar voren te brengen.

4.    De lndienlng van het verzoekschri ft behoeft nlet door een procureur te geschieden.

S.    De derde afdellng van de vljfde tltel van het Tweede Boek van het

Wetboek van Burgerlijke Rechtsvorderfng is van overeenkomstlge toepassing.

6.    Het gerecht kan partljen en anderen verzoeken binnen een door haar te bepalen termiJn schriftelijke inflchtlngen te geven en onder hen berustende stukken ,n te zenden. De verantwoordelljke enbelanghebbende zlJn verpllcht aan d•t verzoek te voldoen.

 

Artlkel39

 

1 lrnfien iemand schade lijdt doordat ten opZJchte van hem ,n stnJd wordt gehandeld met de biJ of krachtens deze landsverordemng gegeven

 

voorschriften, zijn de volgende leden van toepassing, onverminderd de aanspraken op grond van anderewettellj ke regels.

2.    Voor nadeel dat niet in vermogensschade bestaat, heeft de benadeelde recht op een naar billljkheid vast te stellen schadevergoedlng.

3.    De verantwoordelijke Is aansprakelijk voor de schade of het nadeel, voortvloeiende ult het nlet-nakomenvan de in het eerste lid bedoelde voorschriften. De bewerker is aansprakelijk voor die schade of datnadeel, voor zover ontstaan door zijn werkzaamheid.

4.    De verantwoordelijke of de bewerker kan geheel of gedeeltelijk warden ontheven van dezeaansprakelijkheid, indien hlj bewijst dat de schade hem nlet kan warden toegerekend.

 

Artikel 40

l. Indien de verantwoordelijke of de bewerker handel t in strljd met het bij of krachtens deze landsverordening bepaalde en een ander daardoor schade lijdt of dreigt te liJden, kan de rechter hem op vordering van die ander zodanig gedrag verbieden en hem bevelen maatregelen te treffen tot herstel van de gevolgen van dat gedrag.

2. Een verwerking kan n!et ten grondslag worden gelegd aan een vordering van een rechtspersoon die algemene of collectieve belangen behartigen, of een rechtspersoon als bedoeld in artikel 305a vanBeek

3 van het Burgerlljk Wetboek, voor zover degene die door deze verwerking wordt getroffen, daartegen bezwaar heeft.

 

Artikel 41

 

1.    De verantwoordelijke die in strljd handelt met hetgeen bij  of krachtens artlkel 4, derde lid, is bepaal,dwordt gestraft met geldboete van de tweede categorie.

2.    De verantwoordelijke die een feit alsbedoeld in het eerste lid,

opzettelijk begaat, wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste zes maan den of geldboete van de derde categorie.

3.    De In het eerste lid strafbaar gestelde felten zljn overtredlngen. De In het tweede lid strafbaar gestelde feiten zijn misdrijven.

 

HOOFDSTUK 7 . TOEZICHT

Paragraaf 1. Inrlchting en taak commissie toezlcht bescherming persoonsgegevens

 

Artlkel 42

 

1.    Er is een Commissie toezicht bescherming persoonsgegevens die tot taak heeft toe te zien op de verwerking van persoonsgegevens overeenkomstlg het bij en krachtens deze landsverordeningbepaalde.

2.    De commissle vervult overigens de taken, die haar bij

landsverordeningen ingevolge verdrag zljn opgedragen.

3.    De commissle vervult haar taak in onafhankelljkheid.

 

Artikel 43

 

1.    De commissie bestaat uit een voorzltter en twee andere leden.

2.    De voorzitter moet voldoen aan de bij of krachtens artikel 23 van de Rijkswet Gemeenschappelijk Hof van Justltie gestelde verelsten voor benoembaarheid tot rechter in het Gemeenschappelljk Hof vanJustitie.

3.    De voorzitter en de leden worden bij landsbeslult benoemd, op voordracht van de Minister, voor een tljdvak van zes jaren.

 

Artikel 44

 

Aan de leden van de commissle wordt bij landsbesluit, op voordracht van de Minister, ontslag verleend:

a.    op verzoek van de betrokkene;

AB 2010, GT no. 2                                                                                                                                                                  13

 

b.    wanneer de betrokkene uit hoofde van ZJekten of gebreken blljvend ongeschlkt Is om zljn functie te vervullen;

c.    bij  ver11es van het Nedertanderschap;

d.    wanneer betrokkene bij onherroepeJtjk geworden rechterliJke uitspraak wegens misdrijf isveroordeeld, dan wel hem b1j zulk een u,tspraak een maatregel ls opgelegd die vnJheldsbenem ing tot gevolg heeft;

e.   wanneer betrokkene ingevolge onherroepelijk geworden rechterlijke u,tspraak onder curatele is gesteld, in staat van fa1lhssement ,s verklaard, surseance van betahng heeft verkregen of wegensschulden Is gegljzeld.

 

Art lk el 45

 

Bij landsbeslult, houdende algemene maatrege.len, worden nadere regels gesteld over de vergoeding alsmede de overige rechten en pllchten die betrekking hebben op de rech tsposltle van de leden van de commlssie.

 

Artikel 46

 

De comm1ssie beschlkt te harer ondersteumng over een secretarlaat, waarvan de ambtenaren door de Minister, gehoord de voorotter, worden benoemd, geschorst of ontslagen.

 

Artl kel 47

 

De Minister kan de commis.sie om adv,es vragen over ontwerpen van landsverorden1ng en ontwe.rpen van landsbeslu1ten, houdende algemene maatregelen van bestvu, r  die geheel of voor een belangnjk deelbetrekking hebben op de verwerkmg van persoonsgegevens.

 

Artlkel 48

 

1.    De commlssle kan ambtshalve of op verzoek van een belanghebbende, een onderzoek instellen naar de wljze waarop ten aanzien van gegevensverwerklng toepasslng wordt gegeven aan hetbepaalde biJ or krachtens de:ze landsverordening.

2.   De commlssle brengt haar voorloplge bevlndlngen ter kennls van de verantwoordelijke of de groep van verantwoordehJkendie b1J het onderzoek zijn betrokken en stelt hen In de gelegenheid hun z,enswiJze daarop te geven. Houden de voortoplge bevindingen verband met                                  • deuitvoenng van emge landsverordening, dan brengt de commissle

deze tevens ter kennis van de Minister die het aangaa.t

3.   rngeval van een ondenoek, ingesteld op venoek van de belanghebbende, doet de commtss,e aan de belanghebbende mededehng van haar bevindlngen,  tenzlj zodanige mededehng onverenigbaar is met het doel van de gegevensverwerking of de aard van de persoonsgegevens, dan wel gewichtige belangen van anderen dan de verzoeker, de verantwoordelljke daaronder begrepen,daardoor onevenredlg zouden worden geschaad. lndien de comm,ssle mededeling van haar bevindlngen achterwege laat, zendt zlj de belanghebbende zodanig bericht als haar geradenvoorkomt.

 

Artlkel 49

 

De commissie stell jaarlijks v66r 1 september een verslag op van de werlczaamheden, het gevoerdebeleid In het algemeen en de doelmatighe,d en de doeltreffendhe,d van haar werkw1Jze in het biJzonder in het al'gelopen kalender]aar. Het verslag wordt aan de Minister toegezonden en algemeen verkrijgbaargesteld.

 

Artikel 50

 

De commissie verstrekt desgevraagd aan de Minister de voor de uitvoenng van z1jn taak benodigde inllchting en. De Minister kan tnzage vorderen van

zakelijke gegevens en besche,den, voor zover dat voor de mvulling van ziJn taak nodIg Is.

 

Paragraaf 2. Bevoegdheden

 

Artlkel 51

 

Met het toezJcht op de naleving, bedoeld in artJkel 42, zlJn belast de !eden van de commlssle en deambtenaren van het secretanaat

 

Artfkef 52

1.     BiJ de uitoerenmg van hun taak dragen de m artlkel 51 genoemde personen eenlegitimatiebewijs blJ Zich, dat 1s u1tgegeven door onder verantwoordellJkheid van de commiS'Sle.

2.   

Dem artlkel 51 genoemde personen tonen hun leg1bmatiebew11s desgevraagd aanstonds.

3.    Het leg1tImat1ebewijs bevat een foto van de toez1chthoudende persoon en vermeldt In leder geval diens naam en hoedamgheld. Het model van het legltlmatiebewiJs wordt vastgesteld bij regeling van de Mimster.

 

Artlkel 53

 

De commissle maakt van z1jn bevoegdheden slechts gebrulk voor zover dat redelijkcrwiJS voor de vervullingvan zljn taak nodlg Is.

 

A.rtJkel 54

 

1.    De In art,kel 51 genoemde personen z11n bevoegd, met  medenem,ng van de benodlgde apparatuur, elke plaats te betreden, waaronder een woning zonder  toestemming  van de bewoner. De artlkelen 155 tot  en met 163 van het Wetboek van Strafvordenng ZJjn van overeenkomstlge toepasslng, met  dien verstande dat  de macht1gIng,  bedoeld in  artikel 155 van het Wetboek van Strafvordering, wordt verleend door de comm,ss,e.

2.    Zo nodig verschaffen ziJ z1ch toegang met behulp van de sterke arm

3.   

Zij z1Jn bevoegd zich te doen vergezellen door personcn die daartoe door hem z1jn aange wezen.

 

Artikel 55

 

De In artlkel 51 genoemde personen zljn bevoegd lnllchtlngen te vorderen.

 

Artlkel 56

 

1.    De m artJkel 51 genoemde personen zijn bevoegd mzage te vorderen

van zakeliJke gegevens en besche1edn.

2.    Zij z1Jn bevoegd van de gegevens en bescheiden kopIeen te maken.

3.   Indien het maken van kopleen niet ter plaatse kan gesch1eden, zljn ZJj bevoegd de gegevens enbescheiden voor dat doel voor korte bjd mee te nemen tegen een door hem ar te geven schrlftelljkbewijs.

 

Arti kel 57

 

1.     Een leder Is verplicht aan een toeZJchthouder blnnen de door hem gestelde redellJke termiJn alle medewerking te verlenen die deze redelljkerwljskan vorderen biJ de uitoefemng van zijnbevoegdheden.

2.    Zij die ult hoofde van ambt, beroep of wettelijk voorschrlft verpllcht zijn tot gehelmhoudlng, kunnen het verlenen van medewerking we,geren, voor zover dlt ult hun geheimhoudlngspllchtvoortvloeit.

3.   Geen beroep ,s mogelljk op een gehelmhoudingspllcht. voor zover inllchtingen of medewerkingworden verlangd in verband met de e1gen betrokkenhe,d bij de verwerking van persoonsgegevens.

 

Paragraaf J. Last onder bestuursdwang en last onder dwangsom

 

Artlkel 58

 

1.    De commiss1e ,s bevoegd tot oplegging van een last onder bestuursdwang aan de overtreder ter handhavmg van de blJ of krachtens deze landsverordenlng gestelde verphchbngen. De last enderbestuursdwang omschrijft de te nemen herstelmaatregelen en geschledt onder opgaaf van redenen.

2.    Onde.r last ender bestuursdwang wordt verstaan: de herstelsanctie, lnhoudende

a.    een last tot geheel of gedeeltehjk herstel lfan de overtredmg, en

b.    de bevoegdheid van de commlssie om de last door feitelijk handelen ten ultvoer te leggen,md1en de last met of niet ti]dig wordt uitgevoerd.

3.    De last onder bestuursdwang vermeldt de termijn waarbinnen zij moet

warden ultgevoerd.

Artlkel 59

 

L De toepassing van bestuursdwang gesch1edt op kosten lfan de overtreder, tenzij deze kosten redelljkerwijze nlet of niet geheel te

ztjnen taste behoren te komen. De commissle kan de kosten, bedoeld m dit art,kel, btJ beschikking verhalen op de overtr eder.

2.     De last vermeldt in hoeverre de kosten van bestuursdwang ten taste

van de overtreder zullen worden gebracht.

3.    Tot de kosten van bestuursdwang behoren de kosten van voorbererdmg van bestuursdwang, voor zover deze ztJn gemaakt na het verstrijken van de termijn waarbinnen de last had moeten wordenu,tgevoerd.

4.     De kosten van voorbereiding van bestuursdwang z11n ook vers chuldlgd , voor zover als gevolg van het alsnog u,tvoeren van de last geen bestuursdwang is toegepast.

5.     De commissie stelt de hoogte van de verschuldlgde kosten vast.

 

Art lkel 60

 

1.        Aan degene ten aanzien van wie door de comm,ss,e is geconstateerd dat hlj niet heeft voldaanaan een aan bij of krachtens deze landsverorden1ng opgelegde verplrchtingen, kan een lastonder dwangsom worden opgelegd.

2.       Onder last ender dwangsom  wordt verstaan: de herstelsanctie,                  • rnhoudende:

a.        een last tot geheel of gedeelteliJk herstel van de overtreding,

en

b.        de verpllchtlng tot betaling van een geldsom lndlen de last niet of met bJdrg wordt u1tgevoer.d

3.        De oplegglng geschledt schriftelijk onder opgave van redenen en de termijn waarbinnen dienl teworden voldaan; de dwangsom bedraagt

ten minste NAfl. 1.000,- en ten hoogste NAf. 500.000,- voor federe overtredlng van de last.

4.        De last onder dwangsom Is gerlcht op het ongedaan maken van een

overt redlng en het voorkomen van een verdere overtredlng of de herhaling daarvan. De opgelegde last onder dwangsom staat in een redelijke verhouding tot de zwaarte van het geschonden belang.

S.       De commlssle kan op schrlftelijk verzoek van de overtreder de loopt1jd van een last verfengen, lngeval te harer genoegen is aangetoond dat het voor de overtreder onmogeliJk Ist1jd19 aan de desbetreffende verplic:hbng te voldoen.

6.        De commlssle legt geen last onder dwangsom op zolang een wegens

dezelfde overtreding opgelegde last ender bestuursdwang van kracht is.

 

Artikel 61

 

Hetbestuursorgaan dat een last onder dwangsom hee opgelegd, lean op

verzoek van de overtreder de last opheffen, de looptijd ervan opschorten voor een bepaalde termijn of de dwangsom verminderen ingeval van blijvende of tijdelij ke gehele of gedeeltelijk onmogeliJkheld  voor de overtreder om aan zijn verpllchtingen te voldoen.

 

Artlkel 62

 

1.   Bij gebreke van voldoening aan de last binnen de termijn, bedoeld In artikel 60, derde lid, kandecommlssle het bedrag van de dwangsom, verhoogd met de op de invordering betrekklng hebbende kosten, doen invorderen bij dwangbevel, tenzij ingevolge de Landsverordeningadministratieve rechtspraak bezwaar Is gemaakt tegen oplegging van de last.

2.   

Een dwangbevel als bedoeld In het eerste lid, wordt op kosten van de overtreder bij deurwaardersexploot betekend en levert een executorlale titel opIn dezlnvanhet Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordenng.

3.    Gedurende zes weken na de dag van betekening staat tegen het dwangbevel verzet open door dagvaarding van de Minister. Het verzet schorst de tenult voerlegging. De rechter kan op verzoek van de Minister de schorsing van de tenuitvoerlegging opheffen.

4.    De bevoegdheid tot invorderlng van verbeurde bedragen verjaart door verloop van zes maanden na dedag waarop zlj zijn verbeurd. De verJanng wordt geschorst door falllissement en door ieder ander wettelijk beletsel voor lnvordering.

5.    Tegen de oplegging van de last onder bestuursdwang als bedoeld in artikel 58, een beschikklng tot vaststelling van de kosten van de bestuursdwang als bedoeld In art lkel 59, en tegen de oplegging van een last onder dwangsom als bedoeld in artikel 60, staat beroep open lngevolge de Landsverordening adminlstratleve rechtspraak, met inachtneming van artlkel 28, tweede lid, vandie Landsverordening.

 

HOOFDSTUK 8 . GEGEVENSVERKEER MET ANDERE STATEN

 

Artik el 63

 

1.   

Persoonsgegevens die aan een verwerking warden onderworpen of die bestemd zljn om na hun doorgifte te worden verwerkt , worden slechts naar een ander land doorgegeven indlen, onverminderd de naleving van de landsverordening, dat land een passend beschermingsniveau waarborgt.

2.    Het passend karakter van het beschermingsniveau wordt beoordeeld

gelet op de omstandigheden die op de doorgifte van gegevens of op een categorie gegevens doorgiften van lnvloed zijn. In het bijzonder wordt rekening gehouden met de aard van de gegevens, met het doeleinde of de doelelnden en met de duur van de voorgenomen verwerking of verwerkingen, het land van herkomst en het land van eindbestemming, de algemene en sectoriele rechtsregcls die In het betrokken land gelden, alsmede de regels van het beroepsleven en de velligheidsmaatregelen die in die landen worden nageleefd.

 

Artlkel 64

 

1.     In afwijklng van artikel 63 kan een doorgifte of een categorie van doorgiften van persoonsgegevens naar een land dat geen waarborgen biedt voor een passend beschermlngsniveau, plaatsvinden indien:

a.    de betrokkene daarvoor zijn ondubbelzinnigetoestemming heeft gegeven;

b.    de doorglfte noodzakelijk is voor de uitvoering van een

overeenkomst tussen de betrokkene en de verantwoordelijke, of voor het nemen van precontractuele maatregelen naar aanleiding van een verzoek van de betrokkene en die noodzakelijk zijn voor het sluiten van een overeenkomst;

 

c.    de doorglfte noodzakelljk Is voor de slultmg of u,tvoenng van een m het belang van de betrokkene tussen deverantwoordelijke en een derde gesloten of te sluiten overeenkomst;

d.    de doorglfte noodzakelljk Is vanwege een zwaarwegend algemeen

belang, of voor de vaststelling, de uitvoering of de verdedlging In rechte van enlg recht;

e.    de doorgifte noodzakelijk is ter vrijwarlng van ecn vitaal belang van

de betrokkene, of

f.     de doorglfte geschiedt vanuit een register dat blj wettelijk voorschrift Is lngesteld en dat door een leder dan wel door ledere persoon die 21ch op een gerechtvaardigd belang kan beroepen, kan wordengeraadpleegd, voor zover In het betrokken geval is voldaan aan de wettelljke voorwaarden voorraadpleging.

2.    In afwijking van het eerste hd, kan de comm,ssie een vergunmng

geven voor een doorglfte of een categorie doorgi ften van persoonsgegevensnaar een land dat geen waarborgen voor een passend beschermlngsnl veau biedt . Aan de vergunnlng worden de nadere voorschnften verbonden die nodig z1Jn om de beschenning van de persoonlijke levenssfeer en de fundamentele rechten en vrijheden van personen, alsmede de uitoefenlng van de daarmee verband houdende rechten te waarborgen.

 

HOODSTUK 9. SLOTBEPALINGEN

 

ArtikeJ 65

 

De Minister zendt blnnen v1Jf Jaar na de inwerk1ngtredmg van deze landsverordenmg aan de Staten een verslag over de doeltreffendhe1d en de effecten van deze landsverordenlng in de praktlj k.

 

Artlkel 66

 

1.    Binnen een jaar na lnwerklngtredlng van deze landsverordenlng worden de gegevensverwerkingen die op dat tljdstip reeds plaatsvonden, In overeenstemming gebracht met deze landsverordening.

2.  

Voor de aanpassing van de verwerking van bijzondere gegevens aan paragraaf 2 van hoofdstuk 2 geldt een termljn van drle jaren met d1en verstande dat voor verwerkmgen die alplaatsvonden en noodzakelijk zljn voor de uitvoertng van overeenkomsten tot stand gekomen

voor het tljdstlp vaninwerkingtreding van deze landsverord emng, niet opnieuw toestemmlng behoeft te worden gevraagd als bedoeld in arbkel 23, eerste lid, onder a.

 

Arti kel 67

 

Oeze landsverorden ing persoonsgegevens wordt aangehaald als: Landsverordenlng beschenmng persoonsgegevens.

 

Uitgegeven de twmtigste december 2010

DeM,mster van AJgemene Zaken,

S.A. Wescot-Wllliams

  

 

AB2010 . GTno 2                                                                                                                                                                   18

Previous
Previous

Sint Maarten - Landsverordening-Bescherming-Persoonsgegevens (Nederlands)

Next
Next

St Kitts - Data Protection Act